Gelezen in november en december:
Eliza Clark, Boy parts - Vermakelijk, beetje duister, anders dan anders.
Ottessa Moshfegh, My year of rest and relaxation - Had ik meer van verwacht. Ik had ergens verwacht dat het relatable zou zijn omdat ik ook dolgraag een jaar zou willen slapen, maar dat was het totaal niet.
Arthur Japin, Vaslav - Herlezen, nog steeds heel mooi maar het viel me nu wel op dat er best wat herhaling in zit.
Sayaka Murata, Buurtsupermens - Niet mijn ding
Nikki Dekker, Diepdiepblauw - Las fijn. Ik vond de stukken over de onderzeewereld heel interessant, het leven van de hoofdpersoon minder. Wel mooi met elkaar verweven.
Geert Mak, Reizen zonder John - Deze heb ik geluisterd. Het boek wordt voorgelezen door Job Cohen, heel fijn. Dit boek heeft eigenlijk dezelfde beetje triestige, melancholische sfeer die veel van zijn boeken hebben, met die beschrijvingen van een verleden dat niet meer bestaat, ontwikkelingen die de samenleving er niet per se beter op gemaakt hebben. En ik heb zoals altijd weer enorm veel geleerd.
Roxane van Iperen, Eigen welzijn eerst - Interessant hoe ze de ontwikkeling van de middenklasse en hun ideeën omschrijft. Minpunt: ze spreekt aan het einde van het boek de hoop uit dat de middenklasse terug zal keren naar oude waarden, maar er werd niet concreet besproken hoe het tij gekeerd kan worden. Ze schrijft bijvoorbeeld dat ‘de bron van hun zorgen (= die van de middenklasse) reëel kan zijn’, volgens mij is het de moeite waard om daar verder op in te gaan, i.p.v. te zeggen ‘de middenklasse moet niet zo in zichzelf gekeerd zijn’. Dat voelt een beetje nutteloos, want ja, mensen gaan niet zomaar ineens andere waarden omarmen. De fear of falling, hoe reëel is die? De middenklasse is enorm gericht op zelfbehoud, maar in hoeverre is er sprake van een zero-sum game? Dus dat de winst van de één het verlies van de ander is. Denk dat het inzicht dat dat vaak níet het geval is, belangrijk is.