In de jurisprundentie is bepaald dat strafzaken binnen een âredelijke termijnâ moeten worden afgedaan. Dit is in het belang van de verdachte omdat deze ook recht heeft op duidelijkheid. Bij overschrijding van de redelijke termijn (die wordt als ik het me goed herinner geteld vanaf het eerste verhoor) wordt er âstrafkortingâ gegeven. Dat is allemaal in een soort formules gevat. Het kan zijn dat dat de reden is waarom er zo getraineerd wordt. Overigens wordt er geen âkortingâ gegeven als de vertraging aantoonbaar het gevolg is van omstandigheden of acties aan de zijde van de verdediging of verdachte.
Het is ook een beetje een wassen neus in mijn ogen. (Bijvoorbeeld) 20% strafkorting op een straf die op voorhand niet vastligt. Dan zegt de rechtbank toch gewoon âwe waren van plan u x op te leggen maar het is nu x - 20% ivm de vertraging. Geen haan die ernaar kraait lijkt me.
Dit komt pas in beeld als de op te leggen straf in de buurt van de maximale straf ligt. Daders van bagatelzaken als een winkeldiefstal van een paar euro waarde krijgen dan soms alleen een stevig praatje en een âschuldigverklaring zonder oplegging van strafâ. Verkrachters komen er niet zo genadig van af hoor.
Wat ook mogelijk is, is dat de vertraging een verdachte de kans geeft gedurende die tijd goed gedrag te laten zien, zijn persoonlijke omstandigheden te wijzigen, trainingen te volgen. Dat wil de rechtbank nog wel eens meenemen in een strafzaak. âClient heeft inmiddels een vast contract, mooie huurwoning en een nieuwe liefde. Hij is een goede weg in geslagen, heeft van zijn fouten geleerd, is een ander mens geworden. Nu nog een (gevangenis)straf opleggen dient geen enkel doel meer en maakt meer kapot dat we zouden moeten willen.â Dit werkt overigens het best bij bekennende verdachten want die tonen meestal wat zelfreflectiefvermogen en dan is het hele verhaal ook echt wat waard. Hoe het is deze zaak zit weet ik niet, maar ik denk van niet want Roethof gaat bijna altijd voor een vrijspraak en/ of gaat naar de aangever wijzen.