Zo oud als mn oma dus 
Ik betwijfel of het in Vlaanderen nog veel gebruikt wordt.
Voor het eerst dat ik er van hoor om het zo te benoemen.
Dit ken ik inderdaad uit Oostenrijk
Ik kom zelf ook uit Zeeland (geboren en getogen) maar heb hier nog nooit van gehoord… misschien (zeeuws) Vlaams?
Nee, nu ik beter kijk is ‘een achtje’ een soort koffiekoek en geen hoeveelheid bij een Vlaamse bakker
Ik kom niet uit Zeeuws-Vlaanderen. Ik denk dat dit dan in 1837 is afgeschaft, haha
maar dat is toch gewoon één achtste of één vierde (van een liter)?
ja, 125ml of 250ml!
Ik verwachtte een rel in mommybloggersland. 
Ik hoopte op een rel
Even privé

Oeh deze post doet pijn aan mijn leeftijd hoor 
Ja dit ken ik wel, maar ik heb de guldens ook bewust meegemaakt
10 euro is een joetje, 100 piek dat is een meier, 25 is een geeltje
Nee een rijksdaalder is 2,50 waard.
Een daalder is 1,50 (op de markt is je gulden een daalder waard), maar dat was geen munt die nog in omloop was na 18honderdzoveel*, maar het werd nog wel als uitdrukking gebruikt voor dat bedrag.
- tevens mijn geboortejaar, zoals jullie begrijpen
Haha is dat niet gewoon lekker Jordanees?
Een rijksdaalder is 2,50 een daalder was 1,50 maar dat was al oud toen ik een kind was.
Ja dat is een stukje tekst van origineel Amsterdams van Osdorp Posse 
Ik heb ooit een tijdje op de kaasafdeling in een supermarkt gewerkt. Na verloop van tijd kon ik vrij goed op zicht met zo’n groot kaasmes een stuk kaas van een bepaald gewicht afsnijden.
Zo van: ‘Doe maar 6 ons.’ En dan ging ik een beetje kijken en schatten en sneed ik bv. 592 gram af. Was best trots op die skill. 
Deze ons/ponddiscussie roept gênante herinneringen op. Als kind kon ik nooit het verschil tussen een ons en een pond onthouden. Mijn moeder stuurde me een keer naar de slager om een pond gehakt te halen voor het avondeten. Dus ik kom bij de slager “mag ik een ons gehakt alstublieft?”. De vrouw achter de toonbank vroeg nog of ik het zeker wist want een ons is wel heel weinig, maar ja ik wist het zeker. Kreeg ik dus een heel klein beetje gehakt mee. Mijn moeder was niet blij toen ik thuiskwam dus die wilde dat ik terugging om alsnog een pond gehakt te halen. Ik durfde niet want ik vond het beschamend om twee keer achter elkaar te komen nadat ik eerst zo overtuigd was van mijn onsje gehakt. Toen had ik het briljante plan om me dan maar te verkleden met een jas van mijn broertje, mijn haar in een staart en een pet zo ver mogelijk over mijn gezicht, zodat de slagersvrouw niet door zou hebben dat ik er alweer was. Eerste wat ze zei toen ik binnenkwam: “oh daar ben je weer, moest het toch een pond zijn?”.

Sindsdien kan ik ons en pond overigens wel uit elkaar houden.
Een knaak heb je ook nog.
En deze: ‘een rooitje’
