Kun jij goed onderscheiden wanneer je iets spannend vind en wanneer je ergens echt geen zin in hebt? Bijvoorbeeld bij iets als voor het eerst naar de sportschool, in je eentje uit eten gaan, bungeejumpen, op een eerste date gaan, vul zelf iets in.
- Ja, ik weet duidelijk wanneer ik het spannend vind, en wanneer ik het écht niet wil
- Nee nu je het zegt, als ik ergens geen zin in heb is het sóms omdat ik het eigenlijk spannend vind
Situatie: je hebt interesse in activiteit X. Het komt maar 2x per jaar voor dat je dit kunt doen (want het is niet vaker, of je kunt niet vaker, etc). Vandaag is de dag dat het kan, dit weet je een week van tevoren. Je hebt er de hele week wel zin in, maar vind het ook spannend. Nu is het zover: je kunt/moet het gaan doen. Jij:
- Gaat. Je wilt dit, dus spannend of niet, je gaat gewoon. De dag erna ben je trots/blij dat je het gedaan hebt.
- Gaat. Je wilt dit, dus spannend of niet, je gaat gewoon. De dag erna weet je zeker: dit was de laatste keer!!!
- Gaat niet. Na lang wikken en wegen besluit je: volgende keer ga ik écht. De volgende dag heb je spijt dat je niet gegaan bent.
- Gaat niet. Na lang wikken en wegen besluit je: volgende keer ga ik écht. De volgende dag ben je blij dat je het niet gedaan hebt. Je weet nu zeker dat je het ook niet nog een keer gaat plannen.